top of page

Israël 3 - De Dode Zee

  • markjan
  • 11 feb 2021
  • 4 minuten om te lezen

** Voorjaar 2010 - tijdens mijn verblijf in Israël dat jaar **


Israël grenst aan maar liefst drie zeeën en dat voor een land half zo groot als Nederland! In het westen de Middellandse Zee; de Rode zee in het zuiden en in het oosten ligt de Dode Zee. Eigenlijk een meer want aan alle kanten omzoomd door land. De meeste mensen zullen wel weten dat deze bizarre naam komt door het hoge zoutgehalte van het water. Er is geen leven in mogelijk behalve op microscopisch niveau. Een bijkomstigheid van die 33% zout is dat het drijfvermogen heel groot is.


Uit eigen collectie


Als je je vanuit staande positie voorzichtig (pas op: geen druppels in je mond of, erger nog, in je ogen) horizontaal beweegt, 'hang' je hoog in het water. Een bijzonder gevoel! Het is ook vrij lastig om daarna weer te gaan staan want je benen willen niet meer omlaag. Het is allemaal eventjes wennen.


De Dode Zee is omgeven door kurkdroge rotsen met veel, vooral Bijbelse, geschiedenis: Massada, Petra, de vrouw van Lot met haar kindje als zoutpilaar. Zowel aan de westzijde (Israël) als aan de overkant (Jordanië) is een toeristenindustrie ontstaan rond die geschiedenis en het heilzame water. Er komen veel mensen met aandoeningen als psoriasis en vitiligo die elke dag poedelen in zee en zich wentelen in warme modder. Fabrieken verwerken het water tot cosmetica en weer andere fabrieken destilleren er allerlei mineralen uit die als grondstoffen de wereld over gaan.

Het wateroppervlak is het laagstgelegen punt op aarde. Het diepste punt ligt nu 429 meter onder zeeniveau en daalt nog steeds verder. Er is een groots plan bedacht waarbij water uit de Rode Zee redding moet gaan brengen. Maar alles is politiek in het Midden Oosten dus dat kan nog wel even duren.

Mijn gezin bracht de Pesachperiode door bij mijn schoonfamilie in Dimona op 40 minuten rijden van de Dode Zee. De hotels daar zijn aantrekkelijke genoeg om een paar dagen te verblijven en dus boekten we daar een kamer. Baby Polly logeert bij opa en oma wat voor alle betrokken partijen wel prettig is.

Foto van Julia Gavrilenko - Unsplash


Aan het eind van de middag kwamen we aan bij het Isrotel; een knap hotel tussen vele anderen. We hadden een van laatste kamers bemachtigd want veel Israëliërs vieren de Pesachvakantie buitenshuis. De kamer was standaard met als extraatje een kapot deurslot dat overigens snel en afdoende gerepareerd werd.

's Avonds dronken we een flesje water op het balkon. Het was aardedonker, zwoel en windstil en we hadden uitzicht op een aanlokkelijk verlicht blauw zwembad en iets verder de leigrijze “zee”. Aan de verre overzijde brandden Jordaanse lichtjes waar hotelgasten waarschijnlijk richting ons staarden. In het zwembad was een schoonmaakrobot bezig in willekeurige patronen over de bodem te glijden. Er was iets niet in orde met zijn richtingsgevoel (ik doopte hem Dirk naar de onfortuinlijke keeper van FC Knudde) want hij bleef maar hannesen in hetzelfde hoekje.


Enkele muggen waren naar onze zevende verdieping gevlogen voor een slokje bloed. Dat was voor ons het sein ook wat te gaan eten. Het was inmiddels negen uur. Het Ranch Steak House hadden we al eerder geprobeerd en was zo goed bevallen dat we weer naar binnen liepen. Ik vertel anderen graag over goede eetervaringen en dit is geen uitzondering. De zalmcarpaccio was van sashimi kwaliteit en de aan tafel gesneden prime rib was zeker drie centimeter dik en zo sappig en mals als ik ooit geproefd heb. Huisgemaakt mango-, citroen- en kersenijs plus een stevige espresso maakten het helemaal af.



Foto van Loija Nguyen - Unsplash

Er gaat toch weinig boven een goede maaltijd! We hadden daarna wel een wandeling nodig om deze ervaring een plaatsje te geven.

Tegen middernacht stonden we weer op het balkon. Innig voldaan mag ik wel zeggen. De muggen hadden onze verdieping opgegeven maar Dirk verdedigde nog altijd zijn eigen hoekje van het zwembad.

Inmiddels is de Dode Zee een vaste bestemming voor de vele Nederlandse gasten die ons verblijf in Israël aangrijpen om het land eens te komen bekijken. Het is altijd weer schrikken als je na drie uur in een koele auto bij het hotel uitstapt. De autothermometer gaf al een tijdje temperaturen hoog in de dertig en soms zelfs begin veertig aan maar wat dat echt betekent weet je pas als je er onbeschermd in staat. De lucht hier is niet klam of droog maar dik en vet. Ik kan het niet anders omschrijven. Alsof je je met een kapmes een weg moet banen wanneer je buiten loopt. Na een tijdje ligt er een plakkerig laagje op je huid die daarom niet snel verbrandt ondanks de genadeloze zon. Er wordt geclaimd dat de lucht rijk is aan mineralen uit de zee. Familie en vrienden willen natuurlijk even de zee in nu ze er toch zijn en dobberen dan tevreden in het badwarme water (31 graden in de zomer). Omdat je niet kunt verdrinken, niet moe wordt, er nauwelijks golven en stroming zijn, kun je op je rug tot ver van de kust weg peddelen voor het tijd wordt terug te keren. Maar kijk uit voor dat bremzoute water in je mond of ogen!


Comments


Markjan Mul

bottom of page